Toerisme serieus indammen
Een ingezonden bericht over een visieloze aanpak van een breed gevoeld, groeiend Amsterdams probleem.
Ook columnist Paul Scheffer laat zich inzake het onderwerp massatoerisme in Amsterdam door de p.r. van het Amsterdamse stadsbestuur inpakken: “Het nieuwe gemeentebestuur wil dan ook het toerisme serieus indammen”. Is dat zo ?
Uit het coalitieakkoord: “We zetten in op spreiding.” Zo krijgt bijvoorbeeld Amsterdam Marketing als een van de speerpunten “spreiding van toerisme”
Ofwel wat minder de Wallen, wat meer de Hallen, wat minder Royal Palace, wat meer Amsterdam Castle/Muiderslot etc. De bierfiets naar Oud West en met spreiding als wondermiddel kan Amsterdam volgens een toelichting van het bestuur best groeien van 17 naar 23 of zelfs 30 miljoen toeristen.
Ondertussen komen er “binnen de Ring” steeds meer hotels bij , omdat de zogenaamde stop al jaren een wassen neus blijkt. “Ze hadden allang geleden een vergunning gekregen” of het is een hotel dat iets speciaals, een verrassend “concept” e.d. aan de stad toevoegt. Intussen verrijst er ook buiten de Ring in ijzingwekkend tempo het ene megahotel na het ander. Drie metrohaltes naar Waterlooplein of Nieuwmarkt.
Het begrip “hotelstop” blijft ook bij het huidige linkse bestuur een groot taboe. Even niet naar Barcelona kijken waar een hotelstop wordt gezien als een werkelijk begin van werken aan een leefbare stad op dit punt. Ook maar even niks leren van middelgrote en kleine Nederlandse gemeenten als Leiden of Vlieland die geen verdere groei van de hotelbeddencapaciteit meer willen, en een hotelstop hebben verordonneerd.
Nee, het Amsterdamse coalitieakkoord neuzelt wat vrijblijvend over “de groei van het aantal bedden beperken”. Staat hier dus toch “hotelstop”? Nee, hier staat dat de groei misschien een onsje minder mag.
“Spreiding” en wat “minder groei” van de hotelbedddencapaciteit. Dan kunnen we wat het bestuur betreft over een paar jaar die verwachte 23 tot 30 miljoen bezoekers best handelen. Een visieloze aanpak van een breed gevoeld, groeiend Amsterdams probleem.
Rudolf Rijpma