De GGD meet al jaren de luchtkwaliteit. Dat doen ze op twee manieren. Een methode is in Amsterdam meten met 10 dure installaties, zoals op de foto, voor verschillende stoffen. De andere methode is meten met zogenaamde Palmesbuisjes op stikstofdioxide (NO2). Donderdag 25 april 2019 kregen bewoners door medewerkers van de GGD Amsterdam een uitgebreide toelichting op de wijze van meten. Zelfs een excursie naar een meetpunt stond op het programma.
Twee bewoners, die ook zelf fijnstof meten, werden door 3 medewerkers van de GGD te woord gestaan. Twee medewerkers gingen echt over het meten, de andere over het beleid, was nieuw en mocht net als de bewoners mee kijken. Aan de orde kwamen de metingen die de GGD doet en het zelfmeten door bewoners. Dat laatste is soms nog onnauwkeurig (vochtdruppels die meegeteld worden als fijnstof), maar levert samen met de metingen van de GGD en RIVM een hele goede indicatie van de mate van luchtvervuiling in de buurt. Meten is immers weten.
Palmesbuisjes
In de stad hangen op 124 plekken reageerbuisjes aan lantaarns e.d. de zogenaamde Palmesbuisjes. De plek (hoogte, afstand midden van de weg etc.) waar de buisjes hangen is beschreven in wetgeving. In de buisjes zit een stof die reageert met NO2. NO2 is, naast een schadelijk gas, een heel goede indicator hoe vervuilend het verkeer is en dus een maat voor de luchtkwaliteit. Om de vier weken worden de buisjes gewisseld en ontwikkeld door Bureau Blauw. Doel van de metingen is een jaargemiddelde te berekenen. De GGD laat de meetwaarden op een site zien met cijfers van een jaar(gemiddelde). Deze cijfers worden dus om de vier weken aangepast. In Amsterdam zijn 22 straten/buurten (meetpunten) waar de NO2-waarden boven de Europese norm van 40 μg/m³ NO2 uitkomen. Daar zitten hele bekende, maar ook nieuwe knelpuntstraten tussen. Nico van Gog bracht die straten met de meetwaarden over heel 2018 grafisch in beeld. UPDATE: Download hier het bestand met alle 135 meetpunten in alle straten van Amsterdam (MS excel).
De GGD: “Het meten met Palmesbuisjes is een beproefde methode. De gemeente heeft zich dan ook geconformeerd om naast de waarden van de meetstations de Palmeswaarden te gebruiken en beleid op aan te passen”.
Meetstations
Ook heeft Amsterdam 11 meetstations. In deze dure grote stations zuigen verschillende machines lucht aan. Zo’n machine meet bijvoorbeeld NO2 en andere weer een ander kwalijk gas en er zijn machines voor verschillende soorten fijnstof. Aan de stations hangen zelfs Palmesbuisjes. Alles draait daarbij om calibratie van de NO2-metingen van de Palmesbuisjes. Uit het verschil van de metingen mande meetstations en alle Palmesbuisjes wordt een correctie bepaald.
Trouwens de hele machinerie draait om calibratie. Regelmatig worden metingen “gestopt” om de machines automatisch te laten kalibreren met bijvoorbeeld NO2 gas. Daarom worden er gedurende korte tijd geen digitale meetwaarden geleverd. Maar kort genoeg om de metingen aan de wettelijke voorschriften te laten voldoen. Het kan ook wel eens voorkomen dat er handmatig ingegrepen moet worden en een machine tijdelijk moet worden vervangen. Dan volgt dus een tijdje geen data.
Fijnstofmetingen worden ook automatisch uitgevoerd. Ook daar wordt toch nog regelmatig een aparte machine gebruikt, waarbij fijnstof door een papiertje wordt tegen gehouden. Ieder papiertje wordt onder constante klimatologische omstandigheden gehouden, gekenmerkt en zowel vooraf als na de machine gewogen. Daaruit blijkt het verschil in gewicht in microgram als fijnstof. Alles om maar te kijken of de gemeten waarden ook kloppen.
De meetwaarden van de machines staan realtime op de website luchtmeetnet.nl. Daar kan je ook de waarden van andere stoffen zien. Ook de handhaving kijkt mee. Bijvoorbeeld als er verkeerd wordt overgeslagen in de haven en schadelijke stoffen vrijkomen. Ook als u iets verdachts ruikt / ziet, bel dan 14020. Nico van Gog zette de digitale data van 6 stations in een dag grafisch om. Daarbij zie je het verkeersaanbod (en de uitstoot) toe en afnemen. Maar bovenal wordt heel duidelijk dat meetwaarden per uur overdag veelal ver boven de (gemiddelde jaar) normen uitkomen (gebruik het schuifje rechts onderaan).
Weten en ambitie?
Dat de GGD consciëntieus omgaat met het meten en berekenen van de luchtkwaliteit staat buiten kijf. Dat de GGD de cijfers gewoon publiceert en iedereen er kennis van kan nemen is ook een plus. Maar dat het jaarlijkse rapport van de GGD door de politiek voor kennisgeving aangenomen wordt, blijkt jaar op jaar. In februari publiceerde de GGD via twitter al de ruwe NO2-cijfers over heel 2018. De rapportage aan de politiek volgt meestal in mei (over het jaar er voor). Epidemioloog Saskia van der Zee, ook van de GGD Amsterdam en en inhalatietoxicoloog Flemming Cassee waarschuwden onlangs nog voor de gevolgen van slechte luchtkwaliteit.
Van der Zee: “Maar de normen voor luchtvervuiling van de Europese Unie zijn mede gebaseerd op economische haalbaarheid, dus zijn ze niet streng en beschermen ze ons niet tegen ziekte. De WHO adviseert dan ook om voor de gezondheid de concentratie luchtvervuiling veel verder omlaag te brengen, tot 2,5 keer lager dan de EU-normen.”
In september 2018 beloofde wethouder Dijksma een Luchtplan, om aan de Europese norm te voldoen. Maar bewoners hebben niks aan een ambitie van de vorige of de huidige wethouder als deze niet meteen ingrijpt op die plekken met jarenlange overschrijding van de Europese normen. Het is dan ook onvoldoende dat alleen maar (weer) plannen op termijn gepresenteerd gaan worden. Het in woord “streven naar WHO-waarden” (net zoals het vorige college) moet gepaard gaan met echte daden, want nu wordt in Amsterdam niet eens overal voldaan aan de Europese normen.
Het recht op gezonde lucht bestaat al sinds 2015 voor iedere Nederlander, ook voor Amsterdammers. Dat heeft de rechter al op 7 september 2017 geoordeeld. Bewoners worden ongeduldig. Actie uitstellen door het college geeft geen pas. Ook al vindt de politiek het moeilijk en een gordiaanse knoop; het is aan hen die knoop door te hakken en wel snel. En het bijplaatsen van extra oplaadpalen helpt dan echt niet. Het is niet anders dan dat alleen nog extreme maatregelen de hoeveelheid verkeer door de stad kunnen beperken. Te beginnen in de 22 knelpuntstraten. Ook op de hoofdnetten. NU!