Ga naar de inhoud

Hof inzake schone lucht

Op  22 mei 2018  deed het Hof Den Haag uitspraak in het hoger beroep van het kort geding tussen Milieudefensie en de Staat. Milieudefensie vraagt “iets extra’s” van de Staat, bovenop wat verplicht is vanuit de Europese wet. En dat wijst het Hof af.

Vorig jaar september won Milieudefensie het kort geding voor gezonde lucht. De rechter stelde Milieudefensie volledig in het gelijk en besloot dat de Staat zo snel mogelijk aan de Europese wet voor luchtkwaliteit moet gaan voldoen; overal! Daarnaast stond in het vonnis dat de Staat geen toekomstige projecten meer mag uitvoeren met een kans op overtreding van die wet. Tegen deze laatste eis ging de Staat in hoger beroep. En jammer genoeg besloot de rechter vandaag in het voordeel van de staat.

Anne Knol, campagneleider Verkeer bij Milieudefensie: “Het is onverantwoord dat de Staat de mogelijkheid open wil houden om weer meer te gaan vervuilen in gebieden waar de lucht al erg ongezond is, met het risico op nieuwe overschrijdingen van de Europese luchtkwaliteitsnormen. Deze wettelijke normen zijn zelfs nog te slap om onze gezondheid te beschermen. Juist daarom had Milieudefensie gevraagd om ook projecten te verbieden die de kans op overschrijdingen vergroot. De crux zit hem in dat woordje kans: wij vinden dat je geen risico mag lopen als het gaat om onze gezondheid en om het voldoen aan de wet.”

Hof
Het Gerechtshof geeft in haar uitspraak van 22 mei ECLI:NL:GHDHA:2018:1128 aan dat in dit hoger beroep alleen gaat over de toekomstige door de Staat te nemen (nieuwe) maatregelen, waarvan in de visie van het RIVM statistisch moet worden verwacht dat deze leiden tot een voortgaande of hernieuwde overschrijding van de grenswaarden. Milieudefensie doet bij haar oorspronkelijke verzoek een beroep op het voorzorgsbeginsel en wijst naar het RIVM-rapport uit 2013 dat betrekking heeft op het hanteren van een “veiligheidsmarge”  (een marge van 8 µg/m3 onder de norm) ten opzichte van de grenswaarden.

De Staat: Door een verbod kunnen we bepaalde maatregelen niet nemen indien die wel een negatieve invloed hebben op de luchtkwaliteit, maar er niet toe leiden dat de grenswaarden uit de Richtlijn worden overschreden. Volgens de staat is zo’n verbod is onterecht, want de richtlijn kent geen `standstillbeginsel’ en krijgt het RIVM bovendien een rol toebedeeld die niet in de wet is voorzien, is verder te onbepaald en leidt tot rechtsonzekerheid.

Bij de beoordeling gaat het Hof uitgebreid in op het tussenvonnis van 27 december 2017 gewezen in de bodemprocedure tussen Milieudefensie en de Staat. Hoewel Milieudefensie van die uitspraak meteen in hoger beroep is gegaan, zegt het Hof dat deze rechter bij de behandeling van het beroep van het Kort Geding verplicht is rekening te houden met de (tussen) uitspraak gedaan in de bodemprocedure.

De rechtbank 27 december 2017: Uit artikel 13 van de Richtlijn vloeit voort dat de schending van de eerste verplichting voortduurt totdat aan de grenswaarden is voldaan. De Staat is nog steeds gehouden de grenswaarden te bereiken (4.114). Er bestaat echter geen grond voor de conclusie dat de Staat zijn verplichting om de periode van overschrijding van de grenswaarden zo kort mogelijk te houden (de “tweede verplichting”) heeft geschonden (4.143).

Volgens het Hof voldoet de Staat dus aan zijn verplichtingen die uit de EU-richtlijn voortvloeien. Dat zegt immers de rechter in de bodemprocedure. De grenswaarden worden volgens de Richtlijn berekend en de Staat is niet verplicht een “veiligheidsmarge” of “voorzorgsmarge” te hanteren. Dat betekent dat Milieudefensie te veel eist. Ook de door de Kort geding rechter toegewezen rol van het RIVM en de statistische verwachting ten aanzien van eventuele overschrijdingen is volgens het Hof binnen de wet geen ruimte.

Rechtsoverweging 13: Bovendien, zo betoogt de Staat, bestaat er in principe bij elke maatregel een bepaalde, soms zeer kleine, statistische kans dat die tot overschrijding van de grenswaarden leidt. Het is een beleidsmatige en niet aan het RIVM op te dragen keuze, welke kans aanvaardbaar is.

Ook oordeelt het Hof dat onvoldoende duidelijk is dat de Staat daadwerkelijk nieuwe maatregelen zou willen nemen die leiden tot nieuwe overschrijdingen van de normen.

Rechtsoverweging 14: Voor de toewijzing van een verbod dat betrekking heeft op toekomstige handelingen is bovendien vereist dat er een concreet belang bestaat in die zin dat er een reële dreiging is dat de handelingen die Milieudefensie c.s. verboden willen zien, zullen worden verricht (HR 21 december 2001, ECLI:NL:HR:2001:ZC3693, NJ 2002, 217). Die situatie doet zich niet voor aangezien Milieudefensie c.s. niets concreet hebben gesteld dat er op wijst dat de Staat voornemens is maatregelen te treffen die leiden tot voortgaande of hernieuwde overschrijding van de grenswaarden.

Schone lucht staat
Met de uitspraak in kort geding is de Staat nog wel verplicht om per direct aan de slag te gaan om overal aan de Europese wet voor de luchtkwaliteit te voldoen. Dat onderdeel van het vonnis staat nog steeds overeind. De Staat lijkt wel zijn verantwoordelijkheid te nemen in het aanpakken van de huidige overschrijdingen van de luchtkwaliteitsnormen. De Staat werd veroordeeld op de kortst mogelijke termijn de huidige overschrijdingen op te lossen. Hiervoor heeft de Staat inmiddels de knelpunten in kaart gebracht en een nieuw luchtkwaliteitsplan gepresenteerd. Of dat plan voldoende is, moet binnenkort nog blijken als de te verwachten effecten zijn doorgerekend. De onlangs voorgestelde extra maatregelen voor Amsterdam zijn echt onvoldoende. Lees daartoe de zienswijze van  d’Oude Stadt over de aanpassing Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL).

Veel mede-strijders
Milieudefensie is niet de enige die gezonde lucht wil in Nederland. Ruim 2.500 mensen doneerden geld aan Milieudefensie om de kosten te kunnen bekostigen voor het Hoger Beroep in de bodemzaak. Daarnaast zijn er verspreid over Nederland zo’n 300 Luchtwachters actief. Dit zijn mensen die hun gemeente achter de broek zitten om zo snel mogelijk maatregelen te nemen om de luchtkwaliteit te verbeteren.

Anne Knol: “Het is overweldigend te zien hoeveel mensen deze zaak steunen en zich inzetten voor gezonde lucht. Het is mooi dat de Staat en gemeenten nu kleine stappen zetten om de luchtkwaliteit te verbeteren, mede dankzij en met hulp van deze mensen. Maar er moet nog flink meer gebeuren om de lucht gezond te krijgen, want luchtvervuiling blijft één van de meest onderschatte problemen en kost jaarlijks duizenden mensen het leven.”

Bedankt
Milieudefensie heeft de crowdfunding gehaald voor gezonde lucht! Ruim 2000 mensen deden mee en hebben samen € 50.000 ingelegd. Daardoor kan de advocaat betaald worden en aanvullend onderzoek gedaan.  Dankzij de steun van alle crowdfunders kan Milieudefensie het recht op gezonde lucht eisen. U kunt nog altijd bijdragen. Lees hier meer over recht op gezonde lucht.